Met een zoon die gek is op wiskunde, kunnen wiskunde gerelateerde spelletjes in ons huis niet ontbreken. Numberfloor was een van de eerste rekenspelletjes die we in huis haalden.
Het spel
In het spel Numberfloor reis je door een gebouw met verschillende verdiepingen. Door op te tellen ga je naar boven, door af te trekken naar beneden. Dit is de eenvoudige basis voor optellen en aftrekken natuurlijk. Kinderen leren zowel vooruit te tellen als achteruit.
Doordat je het spel moeilijker kan maken in verschillende niveaus, is het langer bruikbaar en uitdagend.
Het spelverloop
Het spel bestaat uit twee soorten kaarten: ballonkaarten en vloerkaarten. De ballonnen zorgen dat je een aantal verdiepingen omhoog of naar beneden moet.
Elke speler krijgt 6 kaarten en het doel is om in elke beurt zoveel mogelijk kaarten kwijt te raken. In elke beurt mag een speler vloerkaarten op de juiste stapel plaatsen op tafel, hiervoor moet hij op dezelfde verdieping blijven ofwel op en neer bewegen op basis van het nummer die op de ballonkaart die op tafel ligt vermeldt wordt. Op elk moment tijdens een beurt, mogen ballonkaarten op tafel worden gelegd. Wanneer je alle kaarten kan afleggen, krijg je een ster. Het doel is dus zoveel mogelijk sterren te verzamelen.
Voor de jongste kinderen gebruik je enkel vloerkaarten en werk je met de volgorde van de nummers. Een stapje moeilijker is de ballonkaarten met nummers 1,2 en 3 te gebruiken. Voor de meer ervaren wiskundeknobbels zitten er ook een aantal speciale kaarten in het spel.
De eerste keer heb ik de spelregels een aantal keer moeten lezen om te begrijpen wat de bedoeling precies was. Ondertussen lukt het ons al goed en zijn we erg fan van dit spel. Het is leuk en nog eens leerrijk ook.
Op zoek naar meer educatieve ideetjes? Bekijk dan nog meer tips om al spelend te leren.