Zij beet hem in zijn arm
Hij sloeg meteen alarm
Een grote tand-markering
Maar zij had geen bekering
Ze beet ook in zijn wang
Maar hij was heus niet bang
Zijn keeltje wagenwijd open
Hij zette het op een lopen
Hij had toch zo’n mooi snoetje
Maar hij is echt geen doetje
Met zijn stoere snuit
En zijn borstje strak vooruit
Hij speelt nu dapper voort
Alsof het ook zo hoort